Leesboekjes voor de onderbouw


HOERA! Er zijn veel reeksen leesboekjes op de markt op dit moment. Maar welke past bij jouw klas(sen)? Hier een overzicht met niveau-aanduidingen, pluspunten en minpunten en voorbeeldpagina’s uit elke reeks. Ga naar de pagina Leesboekjes op de community Naslagpagina’s.

Literatuur 1947-1968 online op www.duits.de/literatuur

Hoera! Wij – Jos, Erwin en ondergetekende – melden trots de geboorte van een nieuwe (online) periode van de literatuur in de Bondsrepubliek, Oostenrijk en Zwitserland tussen 1949 en 1968. Deze is nu online te bekijken op www.duits.de/literatuur. De pagina is wat je noemt fors, want er was véél, heel veel boeiends te vertellen over deze tijd. We hopen dat er weer voor elk wat wils in zit.

Naast beschrijvende en verbindende teksten, waar zinvol verwijzingen naar de historische context en de cultuurhistorische context is deze online versie van de periode voorzien van talloze gedichten en tekstfragmenten en meer dan 20 geluidsbestanden, diverse YouTube filmpjes en een dikke 100 illustraties. TIP: Voor de liefhebbers van het boek bij de site:  We werken aan het tweede deel!

Bekijk hier de nieuwe pagina:

http://www.duits.de/literatuur/1947-1968/

Extra gedichten op duits.de/literatuur

Denk ich an Deutschland in der Nacht,
Dann bin ich um den Schlaf gebracht,
Ich kann nicht mehr die Augen schließen,
Und meine heißen Tränen fließen.

Vergaat het ons docenten Duits niet allen zoals Heinrich Heine het zo prachtig verwoordde in zijn gedicht Nachtgedanken? Dit gedicht en vele andere van zijn hand vindt u nu als Extra gedichten bij de periode Het jonge Duitsland en Biedermeier. Naast Heine ook aandacht voor de gedichten van August Heinrich Hoffmann von Fallersleben, Eduard Mörike en Annette Droste-Hülshoff.

U kunt deze gedichten onderaan de pagina Het jonge Duitsland en Biedermeier als PDF-bestand downloaden.

Op http://literatuur.smartboardduits.nl vindt u bij deze periode video’s over onder andere Heine, Fallersleben, Freiligrath, Droste-Hülshoff, Mörike, Grillparzer en Büchner. Op de website kunt u een gratis gebruikersaccount aanvragen om uw lessen multimediaal te verrijken.

Meer Duits in je les? So geht das…

Een paar korte tips om meer Duits in je les te krijgen:

  • Gebruik zelf te pas en te onpas Duits, vooral ook in informele contacten. Je leerlingen hoeven echt niet elk woord te begrijpen. In de onderbouw is veel van wat je zegt routine omdat je vergelijkbare dingen doet als je met een methode werkt. Alleen al daardoor „raden“ je leerlingen al heel snel wat de bedoeling is.
  • Gebruik humor in je Duits, zeker ook als je gedrag moet corrigeren: „Zieh deine Jacke aus Hans, so können die Frauen dich gar nicht richtig bewundern!“. Dit veronderstelt natuurlijk wel een goede band: een leerling moet weten en voelen dat je je Duits niet gebruikt om hem of haar „voor gek te zetten“. Dat is auf gut Deutsch gesagt: not done!
  • Semantiseer met handen en voeten, wijzen en plaatjes. Gebruik  Nederlands alleen waar het echt niet anders kan of waar het moet (leerling overstuur enz.)
  • Bestem een deel van de punten van een toets of rapportcijfer voor de eis dat een leerling „het Duits dat hij of zij aan kan ook daadwerkelijk probeert te spreken“.  (Bij gym kun je als leerling immers ook niet op de bank toekijken naar volleybal en daar een voldoende voor krijgen). Doel is dat een leerling het normaal vindt om in de les Duits te horen en het zelf te proberen te spreken.
  • Het gaat er niet om of alles wel perfect is telkens of permanent „beoordeeld“ zou moeten worden. Duits dat er IS kan beter worden, Duits dat niet gebruikt wordt niet. Bespreek af en toe dat Duits met wat fouten er in geen probleem is, zolang je maar  Duits praat en bereid bent om het de volgende keer weer ietsje beter te doen.
  • Loof en prijs, Daumen hoch, zodra iemand het (dapper) probeert.
  • Verbeter regelmatig, maar laat vooral andere leerlingen actief helpen als een leerling er even niet uitkomt om iets (goed) te zeggen in het Duits. Loof en prijs nogmaals voor de poging.
  • Het Körper-dictee! Een leuke 5 minuten activiteit, zeker ook voor de onderbouw. Laat een leerling bij zichzelf een lichaamsdeel aanwijzen. De klas moet in het Duits zeggen wat het is. Zeg het zelf als niemand het weet. Je kunt het ook af en toe „inoefenen“, zonder woordenlijsten uit te delen enzovoort. Begin langzaam – altijd zwijgend natuurlijk – en ga steeds sneller: Hand!  Kopf! – Bein! Iedereen mag roepen op dat moment. Ook in de bovenbouw geschikt als herhaling. Overhoor als „zwijgend dictee“ door naar eigen lichaamsdelen te wijzen (ik wijs dan graag naar mijn kale hoofd… scoort altijd!)
  • Een leerling leert – en herhaalt – veel meer Duits als hij hele zinnen moet vertalen of maken. Daar gaat echt tijd in zitten, maar misschien desnoods wat minder daarvan, dan veel opdrachten met maar één in te vullen woord.
  • Als je focust op een grammatica-onderdeel, oefen en toets het dan zo betekenisgericht mogelijk . De opdracht: „Zoek het juiste werkwoord wat in de zin past en vul het in de juiste vorm in“ levert meer denkwerk [betekenis + vorm] op dan:  „Zet de genoemde werkwoorden in de juiste vorm [alleen vorm]. Maak gebruik van het analogie-mechanisme tijdens het leren. Door iets veel te doen en te zien vergroot je de intuïtie en automatisering bij leerlingen. Laat daarom vooral bij elkaar wat bij elkaar hoort.  Dus altijd combinaties laten noteren (hast du, bleibt er enz.) en niet alleen „hast“ of „bleibt“.
  • Zorg dat je leerlingen het meestgebruikte Duits bij de hand hebben: Hang handige zinnen op in je lokaal (loeigrote letters, mooie A4-tjes) , die je leerlingen ECHT regelmatig nodig hebben. „Kann ich bitte mal zu meinem Schließfach gehen?“, “ Können Sie mir bitte mal helfen?“, „Wie bitte?“, usw. Overhoor deze ook eens in een toets en beloon ze dan met punten (dan moeten die fraaie postertjes natuurlijk even weg…)
  • Stel in de middenbouw en bovenbouw wat hogere eisen aan hun Duits. Als een leerling dan nog steeds voor elk zinnetje op de „spiekposter“ moet kijken krijgt hij of zij niet meer die (extra) punt die onderdeel uitmaakt van het SE spreken.
  • Middenbouw/bovenbouw: Begin elke les met het ZDF-Journal in 100 Sekunden. Te vinden op de voorpagina van het ZDF. Stel vaker geen vragen dan wel. Licht er soms iets uit wat je leuk vindt.
  • Gebruik liedjes, YouTube filmpjes, liefst ook met humor. Stel vooraf standaard vragen: wer – was – warum – wie usw.

Heb jij nog goede en leuke tips? Help  mee en schrijf ze hieronder!

Actiegroep: Duits mag geen sluitpost zijn

[18.04.2011 gepubliceerd op de website van de Nederlands-Duitse Handelskamer (DNHK):]

Amsterdam. Met een gezamenlijke Actiegroep Duits slaan vier belangrijke spelers de handen ineen om de terugloop van de Duitse taalbeheersing in Nederland te stoppen. Het Duitsland Instituut Amsterdam (DIA), de Nederlands-Duitse Handelskamer (DNHK), het Goethe-Institut Nederland en de Duitse Ambassade in Den Haag waarschuwen gezamenlijk voor de gevolgen die een verarming van de taalkennis met zich meebrengt. “Naast het culturele verlies dreigen er ook economische consequenties als het ons niet lukt om scholieren sterker voor de Duitse taal te interesseren”, zegt Ton Nijhuis, directeur van het Duitsland Instituut. “Het doel van deze actiegroep is om scholieren in Nederland weer enthousiast te maken voor de Duitse taal, zodat ze bewust de keuze voor het vak Duits maken en het geen sluitpost in hun vakkenpakket is.”

In de afgelopen jaren is de kennis van het Duits onder Nederlandse jongeren teruggelopen. Het belang van een goede beheersing van het Duits is onder Nederlandse jongeren onvoldoende duidelijk. In een recent onderzoek van het DIA onder meer dan 1.000 Nederlandse scholieren gaf 71 procent van de ondervraagden aan ‘niets’ met Duitsland te hebben. Slechts 26 procent was van mening dat Duits de kansen op de arbeidsmarkt vergroot of belangrijk is in het toekomstige beroepsleven.

Lees verder aldaar

Schrijven van vakwerkplan

Gegroet,

mijn teamleider heeft mij gevraagd een vakwerkplan te schrijven voor de vaksectie Duits alleen ben ik nu bij een onderdeel aangekomen waarbij ik hulp nodig heb.

In het vakwerkplan dat ik heb gekregen van mijn teamleider moeten onder andere de kerndoelen worden beschreven. Nu heb ik voor deze kerndoelen 2 bronnen gevonden namelijk;

1) F. Staatsen – moderne vreemde talen in de onderbouw

2) examenprogramma MVT VMBO

Nu zijn er tussen beide bronnen zowel overeenkomsten maar ook verschillen. Aan welke bron geven jullie de voorkeur en waarom?

alvast bedankt

Wilmar

Een krant maken met Duitse schoolkrantredacteuren

Het DIA is op zoek naar enthousiaste schoolkrantredacties!

Op zaterdag 28 mei kunnen zij samen met redacteuren van vijf Nederlandse en vijf Duitse schoolkranten een professionele krant maken over het thema vrijheid. Wat gaan ze doen?
• Politici en kunstenaars interviewen over hun vrijheidsidealen
• Protestliederen schrijven met een theaterrecensent van de Volkskrant
• De straat op om reportages te maken over vrijheid
• Cartoons tekenen met de politiek tekenaar van Trouw
• Vrijheid in Amsterdam vastleggen met een professionele fotograaf

Elke schoolkrantredactie stuurt een afvaardiging van drie schrijvers, een vormgever/fotograaf en een illustrator/cartoonist. In kleine groepen volgen jullie workshops en gaan jullie ter plekke aan de slag met artikelen en beeldmateriaal.

16 uur: deadline. De Nederlands-Duitse vrijheidskrant gaat naar de drukker. Dezelfde avond heb je de krant in handen.

Speciaal voor deze krant vormen twee Nederlandse en twee Duitse scholieren de hoofdredactie. Een professionele hoofdredacteur brengt hen de kneepjes van het vak bij. Zij bepalen naam, inhoud en opmaak van de krant.

Deelname is gratis, alle kosten (inclusief reiskosten) worden vergoed. Om het teamwerk op de redactie te versterken logeren de Duitse redacteuren bij hun Nederlandse collega’s.

Zie voor meer informatie en aanmelden:
http://www.duitslandweb.nl/onderwijs/docenten/09+10/schoolkrantdag-2011

Leseverstehen

Ik zoek een goede site of publicatie waarin Leseverstehen niet louter met richtig/falsch of multiple choice vragen wordt getoetst. In de toetsing zouden afwisselende vragen aan bod moeten komen: inhoudsvragen, vragen naar specifieke woordenschat eventueel aangevuld met enkele richtig/falsch of multiple choice vragen; een „gezonde“ mix dus.

Hartelijk dank voor de suggesties.

Frank Lenaerts

Leestip: Wie Licht schmeckt van Friedrich Ani

Niveau-indicatie: eind 4-havo

De 14-jarige Lukas heeft een bijzondere wens voor zijn verjaardag. Hij wil een dagje weg, gewoon weg. Zonder dat zijn ouders weten waar hij rondhangt. Hij gaat de stad in maar voelt zich – zo lijkt het – vrij maar toch ook niet. Door zijn hoofd spookt een toneelstuk van Beckett. Net als hij voor de grap in omgekeerde richtig de roltrap afgaat gaat het mis. Hij loopt letterlijk iemand tegen het lijf die zijn leven op zijn kop gaat zetten. Het is de blinde Sonja…

Leestip: ‚Wie Licht schmeckt‘ is een boek voor nieuwsgierige lezers. Hoewel het hier en daar een beetje ‚traag‘ geschreven is – Lukas denkt ècht na en dat krijg je als lezer intensief mee – is het uiteindelijk toch spannend, want met de blinde Sonja gaat voor de soms lompe Lukas een compleet nieuwe wereld open. Het leest toch vrij makkelijk want het bevat veel dialogen.

Meer leestips vinden je leerlingen op:
http://www.duits.de/literatuur/boektips